Nieuws
Hoge Raad wijst huidige Box 3-heffing af

Hoge Raad wijst huidige Box 3-heffing af

Geplaatst op dinsdag 1 februari 2022      Leestijd: 2.5 minuut


Op 24 december 2021 heeft de Hoge Raad in het kader van een massaalbezwaarprocedure geoordeeld dat de box 3-heffing voor de jaren 2017 en 2018 op stelselniveau strijdig is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De belastingplichtige moet in deze zaak alleen aangeslagen worden voor het werkelijk behaalde rendement. Het arrest raakt de jaren vanaf 2017 en heeft mogelijk gevolgen voor vele duizenden belastingplichtigen. Het kán daarmee flinke gevolgen hebben voor de schatkist.
 

Geen aanslagen opgelegd na arrest

De nieuwe staatssecretaris Fiscaliteit Marnix van Rij kan voorlopig geen aanslagen opleggen na het arrest. De fiscus verstuurt geen aanslagen meer voor aangiftes met daarin inkomsten uit sparen en beleggen. De consequenties voor de begroting lopen in de miljarden. De fiscus kan geen enkele aanslag meer versturen aan vermogenden, totdat de coalitie het eens is over een aanpassing van deze belasting.
 

Box 3 sinds 2017

Sinds 2017 wordt voor de box 3-heffing uitgegaan van een forfaitaire vermogensmix. Dit houdt in dat wordt verondersteld dat een deel van het vermogen bestaat uit beleggingen en een deel van het vermogen uit spaargeld. De beleggingen en het spaargeld worden elk geacht een bepaald forfaitair rendement te hebben opgeleverd. Beleggingen worden geacht een hoger rendement te hebben opgeleverd dan spaargeld. Deze forfaitaire vermogensmix in combinatie met de forfaitaire rendementen heeft tot gevolg dat voor belastingplichtigen met relatief veel spaargeld wordt verondersteld dat zij een aanzienlijk hoger rendement behalen dan zij in werkelijkheid ontvangen. De box 3-heffing loopt hierdoor in sommige gevallen uit de pas met de belasting die zou zijn verschuldigd op basis van het werkelijke rendement.
 

Hoge Raad biedt belastingplichtige ‘rechtsherstel’

Vraag voor de Hoge Raad was of het belang van de overheid om te rekenen met een forfait opwoog tegen de inbreuk die deze belastingheffing maakt op Europese grondrechten. En wat de hoogste rechter betreft is dat niet zo. Belastingplichtigen die niet risicovol beleggen worden namelijk relatief zwaar belast. Al met al is er voor het systeem dat sinds 2017 geldt ‘geen toereikende rechtvaardiging’ aan te wijzen, zo oordeelt de Hoge Raad.
In het arrest biedt de Hoge Raad de belastingplichtige direct ‘rechtsherstel’. De Hoge Raad bepaalt namelijk dat voor deze belastingplichtige alleen het werkelijke rendement belast moet worden in box 3.
 

Invulling onduidelijk

De Hoge Raad zegt dat het werkelijke rendement moet worden belast, maar licht niet toe hoe dit werkelijk rendement dient te worden berekend. Er bestaat zodoende nog veel onduidelijkheid over de toepassing van dit arrest voor andere belastingplichtigen. De wet zal nu snel worden aangepast. Wachten tot 2025, zoals eerder aangekondigd, lijkt er niet meer bij. Als de wet immers niet wordt aangepast, zullen alleen belastingplichtigen die baat hebben bij deze uitspraak kiezen voor heffing over het werkelijk rendement.
 

Grote budgettaire consequenties

Het kabinet heeft tot 4 februari de tijd om een groep van zestigduizend burgers te beantwoorden die formeel bezwaar hebben gemaakt tegen aanslagen over 2017 en 2018. Naast deze bezwaarmakers zijn er ook bezwaarschriften uit latere jaren.

Veel groter is de groep die geen bezwaar heeft gemaakt, maar die wel jarenlang belasting heeft betaald volgens wetgeving die nu in strijd blijkt te zijn met grondrechten. Het is nog niet duidelijk of ook deze mensen geld terug krijgen, maar het wordt ook niet uitgesloten.

Mocht je overleg willen over jouw Box 3-heffing, neem dan contact op met jouw adviseur bij Blokland & Duin.




Deel dit nieuwsbericht