Blog van Joost: Over de auto die niet doorging

Rob komt binnen met een uitstekend humeur. Reden: de zaken gaan goed. Blijer kun je als ondernemer niet worden. Sinds een jaar heeft hij een IT-bedrijf waar hij flink mee aan de weg timmert. Vorige week meldde hij al dat hij een lucratieve opdracht had binnengehaald, waardoor de komende twee jaar werk verzekerd is.

Een fractie later bekijken we de kwartaalcijfers op het grote scherm en ook die zien er goed uit. Kim komt binnen met de koffie. We kijken nog even zwijgend naar het scherm. Dan zegt Rob, terwijl hij met het suikerzakje wappert: ”Ik wil een auto kopen. Een auto op de zaak. Ik zit te denken aan een Audi. Altijd al willen hebben.”

”Dat is een behoorlijke uitgave Rob,” zeg ik. Even is het stil. Klaarblijkelijk was dat de opmerking waar-ie met zijn goede humeur niet op zat te wachten. Ook al is hij afkomstig van zijn financieel adviseur. ”Ruim € 52.000,” zegt Rob, terwijl hij het zakje leegt in het schuim van zijn cappuccino. ”Kan net volgens mij, denk ik, lijkt me. Een splinternieuwe auto, dus weinig onderhoud. En aangezien ik kosten als brandstof en wegenbelasting kan aftrekken.”

”Heb je aan de bijtelling gedacht?” vraag ik. “Jawel,” zegt Rob, maar waar hebben we het dan over?  ”Nou, dat is vrij eenvoudig,” zeg ik. ”Voor een gewone benzineauto bereken je 22% bijtelling over de cataloguswaarde. Koop je een auto van € 52.000, dan volgt er een fiscale bijtelling van € 11.440 per jaar. Met jouw tarief aan te betalen inkomstenbelasting kost je dit elke maand op een paar euro's na € 500 aan netto te betalen geld.” Het roeren in de cappuccino stokt en het schuim lijkt versnelt weg te trekken. Rob kijkt mij enigszins teleurgesteld aan. ”Dat is best veel,” zegt hij.

En dat is het ook. Door de hoge bijtelling wegen de voordelen van aftrekposten als onderhoud, motorrijtuigenbelasting en brandstof eigenlijk niet meer op tegen de verplichte fiscale bijtelling. Feitelijk betaal je het grootste deel van de autokosten van je netto privévermogen. Ten laste ‘van de zaak’ komt maar bitter weinig. Met andere woorden: ook een auto van de zaak is een kostbare aangelegenheid geworden.

Ik zie aan Rob hoe die splinternieuwe auto langzaam uit zijn hoofd wordt geduwd. ”Misschien moet je nog even geduld hebben Rob, en is het verstandig de komende jaren nog wat meer van die lucratieve klanten binnen te halen. Dan is het meer verantwoord om zo'n uitgave te doen.”

”Voor nu is een youngtimer waarschijnlijk een betere keus. Als je auto 15 jaar of ouder is, wordt de bijtelling van 35% berekend over de dagwaarde. Dat scheelt aanzienlijk als je het fiscaal aantrekkelijk wilt houden.”

De teleurstelling bij Rob maakt nu plaats voor een zichtbare opluchting. De gedachte dat hij geen auto hoeft te kopen van 30 K werkt blijkbaar ook bevrijdend. We nemen afscheid, maar als hij naar de deur loopt, draait hij zich nog één keer om:

 ”Goeie oplossing."